De kamer
De cliëntadviseur met wie we de afspraak hebben voor de bezichtiging van de kamer, komt bij ons aan tafel zitten. Ze start het gesprek luchtig op, om het vervolgens subtiel over de beschikbare kamer te hebben. Na nog wat met elkaar gesproken te hebben, besluiten we gezamenlijk om naar de afdeling te lopen en de kamer te bekijken. Ik merk aan mijn vader dat hij gespannen is. Via de lift gaan we naar de betreffende afdeling en lopen we richting de kamer. Het is de laatste kamer in de gang, die vrijwel gelijk naast de gezamenlijke huiskamer ligt. De kamer is identiek aan de kamer die we eerder eens bekeken hebben. Hij is vrij ruim, bevat een klein keukenblokje en heeft een balkon. Het balkon ligt schuin boven de hoofdingang en kijkt uit op de vijver en het kruispunt aan de doorgaande weg. Iets wat na mijn idee ideaal zou zijn voor mijn vader, want ik zie hem al de halve dag hier op het balkon staan: kijkend naar alles wat voorbij komt! De kamer, de afdeling…het voelt voor mij goed! Alleen ben ik natuurlijk niet degene die hier moet wonen…
“En pap, wat vind je er van?”, vraag ik aan hem. Hij is stil, kijkt om zich heen en zegt vervolgens “Ja, klote”. Ik vertel hem dat ik het begrijp en dat het ook klote is. Maar dat we op een punt zijn belandt dat we eigenlijk niet zo veel keus meer hebben. Thuis gaat het gewoon niet meer. “Ik weet het”, zegt hij tegen me. Ik probeer nogmaals te pijlen wat hij van de kamer vindt. Uit zijn reactie kan ik opmaken dat hij de kamer op zich wel oké vind, maar dat het meer de situatie is waar hij veel moeite mee heeft. Natuurlijk is dat heel logisch, want we zouden allemaal willen dat de situatie anders was! Hij is wel meegaand en ik merk dat hij zich lijkt te berusten. Na nog een poosje met elkaar gepraat te hebben, stemt mijn vader toe en spreken we een datum af waarop hij zijn intrek in de kamer zal gaan nemen. Volgende week woensdag is het definitief en zal hij hier komen wonen.
Eenmaal weer thuis, breekt hij. Hij is vreselijk emotioneel en ziet er enorm tegen op. Ik geef hem de ruimte om zijn verdriet te uiten en probeer hem gerust te stellen. Hij hoeft het niet alleen te doen. Ik vertel hem dat we hem gaan helpen, zo veel als we kunnen. Dat we er voor zullen zorgen dat zijn kamer een fijne plek wordt. De aankomende dagen gebruiken we om hem en zijn kamer voor te bereiden op de opname aankomende woensdag…twee dagen voor zijn 69ste verjaardag…
Maaike 🌸