Opties
Voordat ik de kans krijg om aan te bellen, doet mijn moeder de deur al open. Ze vertelt dat hij die avond ervoor weer erg boos is geweest en in de nacht wederom heeft liggen spoken. De sfeer is gespannen. Als ik de huiskamer binnenkom, zie ik dat hij in de achtertuin is. Ik besluit maar gelijk naar hem toe te gaan en zeg: “Hey pap, hoe is het?” Ik zie dat hij zijn woorden afweegt, om vervolgens te zeggen: “Vraag dat maar aan je moeder…” We kijken elkaar aan, waarop ik zeg: “Nee pap, ik vraag het aan jou!” Hij probeert antwoord te geven, maar door zijn afasie en alle emotie, komt hij niet meer uit zijn woorden.
Ik zet een paar stappen naar hem toe en benoem tegenover hem dat ik zie dat het niet zo goed gaat. De muur die hij probeert op te trekken, brokkelt in één stuk af en ik zie het verdriet in zijn ogen. Ik besluit gelijk open kaart te spelen en vertel hem dat ik de casemanager gesproken heb die week. Ik vertel hem dat we op het punt beland zijn, waarop thuis blijven wonen niet meer gaat. En terwijl ik de woorden uitspreek, is het alsof ik hem gevoelsmatig met elk woord dat uit mijn mond komt, een klap in zijn gezicht geef. Ik weet dat ik duidelijk moet zijn naar hem toe. Ik vertel hem dat er twee opties zijn. De ene optie is dat hij akkoord gaat met opname en dat we in goed overleg met elkaar beslissingen hierin maken. Enigszins hoopvol vraagt hij: “En die tweede?” Ik leg hem uit dat de tweede optie inhoudt, dat er een rechter aan te pas zal moeten komen die hierin uitspraak doet. Ook leg ik hem uit dat dit inhoudt, dat hij dan gedwongen opgenomen zal worden en dat de mogelijkheid om zelf nog keuzes te maken, aanzienlijk beperkt wordt. Even is hij stil, waarna hij zelf tot de conclusie komt dat die eerste optie dan toch de betere van die twee is.
Ik probeer mijn emoties de baas te blijven, maar voel dat mijn verdriet de overhand neemt. Ik pak hem vast, terwijl de tranen over mijn wangen rollen. Ik vertel hem dat ik heel veel van hem hou, maar dat het gewoon echt niet meer gaat thuis. Dat het ontzettend kut is, maar dat dit is wat het is. Ook hij begint te huilen. En terwijl we elkaar stevig vast houden, bevestigd hij wat ik zeg. Dat hij ook ziet dat het niet meer gaat, maar dat hij zo bang is in een hok gestopt te worden en dat niemand meer bij hem langs komt. De pijn en het verdriet in zijn ogen en woorden, raken me tot in het diepst van mijn ziel. Ik probeer zijn angst weg te nemen en zeg hem dat we zo vaak als mogelijk langs komen en dat een opname niet betekend dat hij nooit meer met ons mee mag naar mijn moeder of mijn huis. Ik merk dat het hem wel wat rust geeft, maar zijn angst volledig weg nemen lukt niet. Zijn angst is onterecht, maar voor hem heel echt!
We praten er nog even kort over door, waarna we overschakelen naar een luchtiger onderwerp. We bekijken de spullen die hij in zijn rommelschuurtje heeft en lopen naar de ijssalon voor een ijsje. Die dag haal ik nog een aantal keer ons gesprek aan en de afspraken die we gemaakt hebben. Met mijn moeder spreek ik af dat ik dit de komende tijd nogmaals een paar keer zal benoemen naar hem toe. Door het onderwerp levend te houden, probeer ik hem aan de gedachte te laten wennen. Dit in de hoop en met als doel, dat hij akkoord zal gaan met opname als de WZD toetsing afgenomen wordt.
Maaike 🌸