Zolder
Als klein meisje kwam ik er eigenlijk niet zo vaak. Het was echt mijn vader zijn plekje en hij heeft er heel wat uurtjes doorgebracht. Er zijn heel wat kapotte apparaten uit elkaar geschroefd, dobbers en voerkorfjes voor het vissen gemaakt en gesprekken gevoerd met behulp van een ‘bakkie’. Als ik dan op de zolder mocht komen, via de gammele vlizotrap, moest ik altijd sloffen aan. Mijn moeder was als de dood dat ik hout of metaal splinters in mijn voeten zou krijgen. Ik vond het juist altijd spannend en keek er mijn ogen uit!
Mijn vader was het type: ‘alles bewaren, want je weet maar nooit waar je het nog voor kan gebruiken’! Hij was creatief en super handig, maar vooral ook een echte verzamelaar. Ik weet niet beter dan dat de zolder vol met spullen stond. Spullen om te bewaren, om te verkopen op een rommelmarkt, om mee te “knutselen”, om te maken of om uit elkaar te slopen. Het bracht hem ontspanning, lekker bezig zijn in zijn eigen bubbel.
En nu zijn we begonnen om die bubbel op te ruimen en uit te zoeken. En ondanks dat mijn vader al tijden niets meer op zolder gedaan heeft of er gekomen is, vind ik het ontzettend confronterend. Alles wat we weg doen, zijn spullen of onderdelen waar hij nog wel een bestemming voor in gedachten had. Voor mij zijn het herinneringen aan hem, aan vroeger en aan het kind-zijn. Het is alsof we al een stuk van zijn leven aan het opruimen en weggooien zijn, terwijl hij nog leeft. En ik weet wel dat het beter is om nu telkens een stukje te doen, want dat maakt het definitieve loslaten uiteindelijk minder zwaar. Maar als ik dan op die zolder sta, zou ik soms weer zo graag dat kleine meisje willen zijn wat naast haar vader staat. Vol spanning, haar ogen uitkijkend…
Maaike 🌸