Het maakt wel uit
Als ik mijn ogen open, is het donker om me heen. Mijn wekker zorgt voor een lichte gloed, je kunt de stilte bijna horen. Ik sluit mijn ogen weer en probeer de droom van waaruit ik net ontwaak, vast te houden. Het lukt me niet en ik voel de herinnering weg vagen, tot het enkel nog maar een droom was.
Na enkele minuten open ik mijn ogen weer en kijk op mijn wekker. Inwendig vloek ik even, omdat het nog veel te vroeg is om op te staan. Mijn hoofd staat echter ‘aan’, dus van slapen zal het niet meer komen ben ik bang. Ik denk terug aan mijn droom, maar weet niet zo goed wat ik daar nu bij moet voelen. Het was een fijne droom, maar de werkelijkheid staat in schril contrast en dat maakt me verdrietig.
Ik droomde over mijn vader. Mijn vader van vroeger. Van hoe hij was, ruim voor hij ziek werd en ik nog een jong kind was. We waren in een huis, wat een mengeling was van mijn ouderlijk huis en mijn eigen huis. En het gaat nog niet eens zozeer om wat hij deed, maar meer om de manier waarop hij sprak.
Praten zoals hij toen deed, lukt hem nu met geen mogelijkheid meer door zijn afasie. Afgelopen week wilde hij me iets vertellen, terwijl we buiten op een bankje zaten bij de vijver. Toen hij er vervolgens verbaal niet meer uit kwam, zag ik wat dit met hem deed. Wat de dementie met hem doet. Het breekt hem, stukje bij beetje, telkens weer een stapje verder. Ik pakte zijn hand vast en zei hem dat het niet uitmaakte. En terwijl we daar zo zaten, denk ik dat we allebei hetzelfde dachten: het maakt wel uit! Er is alleen niets wat we er aan kunnen veranderen…
Maaike 🌸